Meijsings sleutelroman over het Amsterdamse literaire wereldje in de jaren zeventig en tachtig, met een uitgebreid essay van de auteur en twee appendices die de fictie ontsluiten. Een wezenloze idealist ziet zich gedwongen zijn ivoren toren op te geven en raakt verstrikt in de grauwe werkelijkheid van de grote letterstad. Zijn weg zoekend tussen vijandige kunstbroeders, uitgeefhuizen en krantenboeren, probeert hij zijn hoofd boven water te houden vanaf de onderste trede van het vak: als broodschrijver.Gaandeweg wordt hij opgezogen in het valse concert van meningen en media, tot hij zelf het lelijke voorbeeld is geworden van alles wat hij haat in dat wereldje van ellebogenwerk en kongsivorming, bedelarij en bevoordeling, de ratrace naar succes en goudmunt. Zijn situatie lijkt, in artistiek en financieel opzicht, uitzichtloos tot hij onverwacht een nikkeltje vindt dat hem in staat stelt het geraas en gebral de rug toe te keren.
Al verkrijgbaar vanaf € 23,-.
Aanbieder | Prijs | ||
---|---|---|---|
1 nummer voor € 23,- | Bestellen |
Volgens een hardnekkig gerucht dat al direct na zijn dood de ronde begon te doen heeft Plato zijn 'laatste woorden' altijd zorgvuldig en jaloers verborgen gehouden en ze nooit willen opschrijven. Zijn 'eerste en laatste beginselen' zou hij alleen voor...
Erik Provenier, het alter ego van Meijsingdie we uit zijn eerdere grote romans kennen,woont in Syracuse en is al zozeer Siciliaangeworden, dat hij zich tot in het diepst vanzijn ziel gekrenkt voelt wanneer de eer vanzijn vrouw geschonden wordt – en...